maandag, januari 28, 2008

Pas na 25 jaar.

Onlangs slingerde Jos Schmitz een dringende waarschuwing de ingedommelde wereld van de politiek in: Nederland staat een ware ramp te wachten als na 2012 ook de inwoners van de nieuwste EU-leden zich vrijelijk in alle EU-landen mogen vestigen, met dezelfde rechten als de eigen onderdanen van deze landen. Ongetwijfeld zullen honderdduizenden van de meest pathetische nietsnutten uit de (zuid-)oostelijke rafelrand van Europa (de verslaafden, de arbeidsschuwen, de gehandicapten, de criminelen, de bejaarden etc.) onze grenzen plat lopen om zich aan de rijkgevulde staatstrog te goed te kunnen doen. Het behoeft geen betoog dat zijn noodkreet bij de mainstream politici op dovemansoren viel.

In wat alleen maar kan worden geïnterpreteerd als een welbewuste poging om onze samenleving nog verder te ontwrichten is momenteel een kongsi van vakbonden, ouderenbonden en migrantenorganisaties aan het lobbyen om het voor oudere gelukszoekers nog aanlokkelijker te maken naar ons belaagde land te verkassen. Zij appelleren aan de Tweede Kamer om het AOW-gat van immigranten te dichten en hun pleidooi valt bij de PvdA, die visioenen heeft van een tsunami aan dankbaar nieuw stemvee, uiteraard in vruchtbare grond. Ook het CDA is, uit misplaatste christelijke naastenliefde, niet bij voorbaat afwijzend. Onze staatkundig gespleten staatssecretaris Aboutaleb, die aanvankelijk beweerde hier niets voor te voelen, gaat de mogelijkheden voor deze innovatieve vorm van grootscheepse welvaartsoverdracht daarom nader onderzoeken.

Alle ingezetenen van Nederland verwerven voor ieder jaar dat ze tussen het 15de en 65ste levensjaar op Nederlandse bodem verblijven recht op 2% van een volledige AOW-uitkering, of men nu premie betaalt of niet (tegenwoordig kunnen we er veilig van uitgaan dat voor de meeste AOW-jaren geen premie wordt betaald). Nederlanders die tijdelijk in het buitenland verblijven (expats) bouwen gedurende deze jaren geen AOW-rechten op, tenzij ze premie bijstorten (het gaat dan niet zelden om duizenden euro's per jaar).

Immigranten die zich op latere leeftijd in Nederland hebben gevestigd maken de 50 jaar premieopbouw niet vol en krijgen geen volledige AOW. Hun inkomen na hun 65ste is daarom doorgaans lager dan het bestaansminimum, dus kunnen ze aanspraak maken op aanvullende bijstand. Aan een bijstandsuitkering zijn echter nadelen verbonden: zo mag de ontvanger jaarlijks slechts gedurende een beperkte periode in het buitenland verblijven (normaliter 4 weken, maar voor oudere bijstandstrekkers al opgerekt tot 13 weken) en moeten kandidaten die hun geld niet over de balk gegooid hebben eerst interen op hun spaarcenten en een eventueel koophuis ‘opeten’ voor ze in het genot van een uitkering kunnen komen.

Naar de mening van bovengenoemde ‘menslievende’ organisaties kan men dit de zielepieten met een AOW-gat niet aandoen. Weg met de beperkingen dus. Zo moeten AOW-ers met aanvullende bijstand jaarlijks 26 weken buiten Nederland kunnen verblijven en moet een groter deel van de bezittingen onaangetast blijven. Hieruit blijkt meteen al voor wie deze wetswijziging in eerste instantie bedoeld is: een autochtone minimumlijder kan zich een verblijf van een half jaar in het buitenland niet permitteren!

Niet alleen brengt dit voorstel een schandalige discriminatie van de expats die braaf premie hebben bijgestort met zich mee (men kan er gevoegelijk van uitgaan dat niemand van hen dat dan ooit nog zal doen), maar een dergelijke maatregel zal ook als een magneet werken op behoeftige ouderen uit de (nieuwe) EU-landen. Ze hoeven zich slechts gedurende een minimale periode met een (uitzend)baantje in ons land zien te bedruipen (en er zijn ongetwijfeld binnen de kortste keren uitzendbureaus van landgenoten die ze daarbij gaarne een handje helpen) om vervolgens met een verhoudingsgewijs riante uitkering minstens de helft van de tijd in hun teerbeminde vaderland te kunnen gaan rentenieren.

Dit is een bom onder onze verzorgingsstaat en ik kan mij daar, in tegenstelling tot Arjan Kraak, niet bepaald over verheugen –al is het alleen maar omdat ik graag nog zelf van de AOW, waarvoor ik tientallen jaren premie heb betaald, zou willen genieten. De verzorgings-staat staat ook door andere oorzaken onder zware druk:

(a) Honderdduizenden oude (niet-westerse) immigranten en hun nazaten slobberen permanent uit de staatstrog. De meerderheid profiteert van een uitkering (bijstand, WAO) waarvoor ze niet of nauwelijks premie betaald hebben.

(b) Ook het merendeel van de nieuwe ‘legale’ immigranten (het morele kompas volgend van een godsdienst die hen leert dat het verdienstelijk is de ongelovigen af te persen) schuiven rechtstreeks, of via een kleine omweg, de bijstand in. Trouwlustigen moeten voor de vorm even pretenderen dat ze werk hebben (vaak met behulp van een tijdelijk flutbaantje bij een ‘kleurrijk’ uitzendbureau, of "valse salarisspecificaties" van een "bevriend naaiatelier"), maar kunnen daarna voldaan achterover leunen. Na een stuitend korte periode hebben ook hun (ex-)partners recht op een zelfstandige verblijfsvergunning met bijbehorende uitkering. Asielzoekers is het, zolang ze in de procedure zitten, niet toegestaan in het zweet des aanschijns hun brood te verdienen en daarna zijn ze het voorzien in eigen onderhoud vaak voorgoed verleerd.

(c) Een aanzienlijk deel van de autochtone heffe des volks (honderdduizenden ‘zwakken’ en ‘kwetsbaren’) houdt het uitvreten al generaties lang koppig vol. Een toenemend aantal jongeren, gekweld door ‘psychische stoornissen’ (ADHD bijvoorbeeld), slaagt erin zich te kwalificeren voor de sinds de introductie van strengere WAO-regels enig overgebleven hoofdprijs: een Wajong-uitkering. [Persoonlijk heb ik me alle kleuren van de regenboog geërgerd bij het aanschouwen van een tv-item over Oudste Zoon Tokkie, die van z’n leven nog geen slag fatsoenlijk werk had gedaan en dat overduidelijk ook niet van plan was, maar die ondanks het feit dat hij nauwelijks droog achter de oren was de beschikking had over een fraaie flat –zeker reeds bij zijn geboorte als woningzoekende ingeschreven.]

Het hardwerkende belastingbetalende deel van de (autochtone) bevolking wordt door toedoen van dit soort parasieten reeds tot op het merg uitgezogen en dit zal alleen maar erger worden. Aan deze misstanden moet dan ook spoorslags een eind gemaakt worden. Het zou al een stuk schelen als buitenlanders gedwongen konden worden hun snuiten uit onze voorzieningenruif te halen, maar helaas verbieden zowel Artikel 1 van de Grondwet (die dringend gecorrigeerd dient te worden, maar dat is een ander chapiter) als de EU-regels deze vorm van zelfverdediging.

Het gaat gelukkig ook zonder ons tot discriminatie te ‘verlagen’. De EU-regels schrijven (nog) niet voor hoe de lidstaten hun sociale voorzieningen moeten inrichten en hoe hoog de uitkeringen moeten zijn. Mij staat daarom de volgende wijziging in de sociale wetgeving voor ogen: Nederlandse ingezetenen kunnen pas na een 25-jarig verblijf op Nederlandse bodem in aanmerking komen voor een uitkering waarvoor ze zelf geen premie betaald hebben, zoals de bijstand.

Voor de hier geborenen betekent deze wijziging dat ze bij ononderbroken verblijf pas na hun 25ste verjaardag bij de staat hun hand kunnen ophouden. Je werkt of je studeert, anders is er geen overheidsgeld en ga je maar bij je ouders bedelen. Onderzoek heeft uitgewezen dat opvallend veel bijstandsongerechtigden dan opvallend snel werk vinden. Natuurlijk is er de kans dat van vertroeteling uitgeslotenen het criminele pad op zullen gaan, maar dat zat er altijd al dik in: een bijstandsuitkering steekt so wie so nogal schriel af bij de opbrengst van een drugshandeltje of een serie overvallen. [Ons christensocialistische prachtkabinet doet momenteel inderdaad een halfslachtige poging om d.m.v. deze werkleerplicht onproductieve jongeren aan de slag te krijgen, tot grote verontwaardiging van linkse partijen en vakbonden natuurlijk.]

Voor EU-onderdanen en andere legale immigranten heeft deze maatregel tot gevolg dat ze ons land moeten verlaten als ze geen werk of een andere legale bron van inkomsten (bijvoorbeeld een WW-uitkering) hebben. Ze komen voorlopig niet in aanmerking voor bijstand en als ze minder dan 25 jaar in ons land gewoond hebben, wordt ook een eventuele AOW-uitkering niet aangevuld tot bijstandsniveau. Hun rest dan slechts de optie zich in een land te vestigen waar de kosten van levensonderhoud lager liggen, het eigen (voormalige) vaderland bijvoorbeeld.

Voor asielzoekers met een permanente verblijfsvergunning is de consequentie dat ze op basis van de bed-bad-brood-regeling in een AZC moeten blijven wonen zolang ze geen werk hebben. Daar staat tegenover dat ze zodra ze in de procedure zijn opgenomen mogen (of liever gezegd moeten) werken. Van hun verdiensten wordt een redelijk bedrag ingehouden voor kost en inwoning en van de rest wordt de helft op een spaarrekening vastgezet. Als ze niet worden geaccepteerd als asielzoeker, hebben ze een appeltje voor de dorst bij terugkeer in het land van herkomst (of geld om een advocaat voor de beroepsprocedure te betalen, want die wordt dan niet langer door de overheid vergoed) en als ze wel worden geaccepteerd, hebben ze een bedrag voor de (ook niet langer door de overheid verschafte) inrichting van een nieuw onderkomen. Asielzoekers worden in het nieuwe stelsel bij woningtoewijzing niet langer voorgetrokken, dus ze moeten zich gewoon bij een woningbouwvereniging inschrijven, net als de inheemsen. Ook dat kan al vanaf het moment dat ze in de procedure worden opgenomen, maar ze kunnen een toegewezen woning pas betrekken als ze een verblijfsvergunning en voldoende eigen inkomsten hebben. Mochten erkende asielzoekers er niet in slagen werk te vinden, dan vieren ze hun 25-jarig verblijfsjubileum dus in een AZC -wat voor hen hopelijk een aansporing zal zijn om hun geluk te beproeven in een land dat hun talenten meer waardeert.

Door het invoeren van deze voor de hand liggende, niet-discriminerende maatregel wordt een groot deel van de profiteurs de wind uit de zeilen genomen, zonder waarlijk behoeftige echte Nederlanders in hun rechten aan te tasten. Kan je hier wat mee, Geert?

Dit artikel is ook te vinden op de website Het Vrije Volk.

donderdag, januari 24, 2008

In je hol, Gerard Spong!

Hoe noem je een ‘topadvocaat’ die in zijn blote piemel rondsluipt op een stuk strand dat bestemd is voor ouders met kinderen en die als hij betrapt wordt om ‘principiële’ redenen naar de rechtbank stapt en daar met de meest lamme excuses aankomt? [En hoe noem je een rechtsstelsel waarin iemand die op zulke frivole gronden de kostbare tijd van politie en justitie verspilt slechts 68 euro boete krijgt?]

Hoe noem je een ‘topadvocaat’ wiens columns voor een landelijk dagblad (overduidelijk in minder dan vijf minuten op papier gekwakt) doordesemd zijn van infantiele platvloersheden, maar die anderen populisme verwijt?

Hoe noem je een ‘topadvocaat’ die zijn bankrekening spekt door het verdedigen van de meest walgelijke misdadigers en die meent dat de vrijheid van meningsuiting alleen voor mensen als hij geldt?

Hoe noem je een ‘topadvocaat’ die de ‘demoniseerders’ van een vermoorde politicus ‘tot in de hel’ wilde vervolgen, maar die diens enige ware opvolger monddood wil maken?

Hoe noem je een ‘topadvocaat’ die leden van het OM die voor de verandering eens een beetje gezond verstand aan de dag leggen en geen onzinnige aangiftes in behandeling nemen als "lafbekken" betitelt?

Hoe noem je een ‘topadvocaat’ die de mensen die hem liever in het gezicht spuwen dan een hand geven in de kont kruipt?

Hoe noem je een ‘topadvocaat’ die er schaamteloos naar solliciteert de laatste homo te zijn die in de toekomstige shariastaat Neerlandistan van een flatgebouw wordt geflikkerd. [Want, beste Gerard, iemand die zo openlijk gekoketteerd heeft met zijn onislamitische seksuele voorkeuren is dan reddeloos verloren.]

Een intrigant? Een lijkenpikker? Een maffiamaatje? Een advocaat van de duivel? Een naïeve zelfislamiseerder? Een arrogante nitwit? Een oliedomme mediageile relnicht?

Ik zou het niet weten, de man is onbeschrijfelijk. Niettemin is er voldoende bewijs voor de conclusie dat deze ’topadvocaat’ dringend behoefte heeft aan een intieme kennismaking met een ‘toppsychiater’.

Dit artikel is ook te vinden op de website Het Vrije Volk.

vrijdag, januari 11, 2008

Flikker op met de homopolis.

Zorgverzekeraar Agis gaat in samenwerking met het COC een speciale ziektekostenverzekering voor homoseksuelen in het leven roepen. Die krijgen 5% korting op de basisverzekering plus 8% korting op aanvullende verzekeringen. Er komen ‘roze’ zorgmakelaars en contracten met ‘homovriendelijke’ instellingen. Men overweegt bovendien een aantal extra’s, zoals juridische ondersteuning bij ongelukken in landen die homostellen niet erkennen (als buitenstaander vraagt men zich af waarom dit onder ziektekosten gerangschikt wordt). De polis wordt door menigeen gezien als een erkenning van de levensstijl: homo's zullen zich bijvoorbeeld niet langer gedwongen voelen hun geaardheid te verbergen voor een weinig diversiteitsbewuste thuishulp.

Enige honderden leden van de doelgroep hebben al belangstelling getoond, maar het initiatief valt zelfs in eigen kring niet onverdeeld goed: homo’s die principieel tegen discriminatie zijn, willen niet zelf positief gediscrimineerd worden. Het COC probeert ze hun principes uit het hoofd te praten. Deze organisatie, nu een duffe club gedomesticeerde mainstream homo’s, zal flink garen spinnen bij deze samenwerking, die ongetwijfeld meer leden zal opleveren. Want hoe bewijs je anders dat je homo bent? In de media steekt men al bij voorbaat de draak met de ‘homopolis’ (een benaming die door argelozen wordt geïnterpreteerd als ‘stad voor louter homo’s’).

Laten wij de implicaties eens even goed tot ons doordringen. Een verzameling heren die berucht zijn om hun risicovolle levensstijl (veel onveilige seks en drugsgebruik), waartoe bovendien idioten behoren die zich opzettelijk laten besmetten met het AIDS-virus (de zgn. bug chasers), die dus een aanzienlijk hogere kans hebben op het oplopen van een peperdure chronische ziekte, een groep die gegarandeerd significant hogere ziektekosten met zich meebrengt als een vergelijkbare groep heteroseksuelen, krijgt (bijna als beloning voor verwerpelijk gedrag) een aanzienlijk lagere premie. Je kunt er vergif op innemen dat Agis zwaar verlies zal lijden op deze polis, een verlies dat zal worden gecompenseerd uit de (te hoge) premies van de overige verzekerden. De wereld op zijn kop. Wat mij betreft is dit een onacceptabel misbruik van het collectiviteitsvoordeel. Ik kan de schandelijk gediscrimineerde heteroseksuele klanten van Agis slechts aanraden onverwijld over te stappen naar een andere verzekering. Tot 1 februari kan het nog.

Ik ben niet principieel gekant tegen een goedkopere basisverzekering voor uitverkoren groepen –mits de kortingen terecht zijn. Vóór de invoering van het nieuwe stelsel had National Academic een gunstig geprijsde particuliere ziektekostenverzekering voor mensen met een hogere (universitaire of HBO) opleiding (je moest een kopie van je bul opsturen om in aanmerking te komen). De door de fusiegolf opgeslokte concurrent Geové richtte zich zelfs uitsluitend op onderwijspersoneel (dat ongeacht de hoogte van het inkomen verplicht was een particuliere ziektekostenverzekering af te sluiten, waarmee de laagstbetaalden -vooral de parttimers- aanzienlijk slechter uit waren dan lotgenoten die in het ziekenfonds zaten). Deze kortingen waren verdedigbaar, omdat mensen met een hogere opleiding en onderwijspersoneel aantoonbaar lagere ziektekosten hebben dan personen met een bescheidener opleiding en werkers in andere sectoren. [Tegenwoordig moeten de ziektekostenverzekeraars iedereen accepteren en is het educatievoordeel grotendeels weggesmolten.] Ik heb ook geen probleem met aanvullende verzekeringen die zijn toegespitst op een specifieke doelgroep, maar die moeten dan wel kostendekkend zijn.

Voor alle duidelijkheid: ik heb niets tegen homoseksualiteit op zich. Het gaat er mij niet om met wie iemand het doet, maar hoe iemand het doet: ongebreidelde promiscuïteit en een voorkeur voor onveilig vrijen kunnen bij mij op weinig sympathie rekenen. Ik zou het begrijpelijker vinden als Agis kortingen zou aanbieden aan lesbo’s, want zij onderscheiden zich qua levenswijze niet ongunstig van hun heteroseksuele leeftijdsgenoten en hun ziektekosten zijn vermoedelijk lager: een verzekeraar bespaart zich alvast (grotendeels) de uitgaven voor zwangerschap, bevalling, pilgebruik en de behandeling van venerische ziekten.

Solidariteit in de gezondheidszorg is noodzakelijk, vooral tussen jongeren en ouderen. Met de ouderdom komen nu eenmaal de gebreken. Ook mensen die (buiten hun schuld) gehandicapt zijn (geraakt), of een chronische ziekte hebben (opgelopen) mogen hiervoor niet financieel worden afgestraft. Maar er is in het huidige stelsel te veel misplaatste solidariteit: verzekerden die op hun gezondheid achten moeten dokken voor de onverantwoordelijken die zich in allerlei opzichten te buiten gaan en voor de asocialen die het vertikken een basisverzekering af te sluiten of ervoor te betalen. Ik ben een groot voorstander van het belonen van verantwoord gedrag. Mensen met een gezonde levensstijl (geen sigaretten, geen drugs, geen onveilige seks, matig gebruik van alcohol, een gezond gewicht en een -gezien hun leeftijd- goede conditie) zouden een forse korting op de premie van de basisverzekering moeten krijgen. Ik preek hierbij bepaald niet voor eigen parochie, want wat gewicht en conditie betreft (de enige aspecten die makkelijk te controleren zijn) zou ik me (nog) niet voor deze prachtpolis kwalificeren.

Dit artikel is ook te vinden op de website Het Vrije Volk.

maandag, januari 07, 2008

De schaamlap voorbij.

Geert Wilders is er de afgelopen jaren in geslaagd een groot deel van het Nederlandse volk (ook van degenen die nooit op hem zullen stemmen) ervan te overtuigen dat de politiek-correcte keizer geen kleren draagt en dat het ideaal van de vreedzame en welvarende multiculturele samenleving, hun de laatste decennia zo fanatiek opgedrongen, een fata morgana is. Dat er een steeds diepere kloof gaapt tussen de niet-moslims en de moslims in ons land wordt tegenwoordig in brede kring erkend, maar over de oorzaken van deze groeiende tegenstelling zijn de analisten het niet eens. Rechts geeft de schuld aan de linksen (wereldvreemde zelfhaters die de allochtonen bijkans dood knuffelen) en links geeft de schuld aan de rechtsen (racistische proleten die hun onderbuikgevoelens de vrije loop laten). Links pleit bovendien de moslims van elke aanklacht vrij.

Voor het ontstaan van deze malaise is echter wel degelijk een schuldige partij aan te wijzen: de (witte) elite, waarbij de politieke signatuur van de betrokken niets uitmaakt. Tallozen hebben bijgedragen aan het ondermijnen van onze samenleving. De ondernemers, die om kosten te sparen geen innovaties entameerden, maar goedkope arbeidskrachten uit het Middellandse Zeegebied importeerden, die hen afdankten toen ze niet meer nodig waren omdat de arbeidsintensieve bedrijven naar lagelonenlanden werden verplaatst en die de gevolgen afwentelden op de samenleving (precies hetzelfde doen ze tegenwoordig met de Oost-Europeanen). De politici, die in vlagen van verstandsverbijstering deze afgeserveerde gastarbeiders toestonden in ons land te blijven, hun familie te laten overkomen en de Nederlandse nationaliteit aan te nemen (waartoe ze door de linkse partijen, die verlegen zaten om nieuw stemvee, regelrecht werden aangemoedigd) en die hun daarvoor de mogelijkheid verschaften door het onterecht toekennen van bijstandsuitkeringen. De vertegenwoordigers van de media, die niets nalieten om de bevolking te indoctrineren met het waanidee dat gelukszoekers uit achterlijke culturen een aanwinst voor de maatschappij zijn.

Het fiasco van dit rampzalige beleid was niet alleen voorspelbaar, maar is ook voorspeld door een aantal moedige en vooruitziende politici en opiniemakers (Hans Janmaat, Frits Bolkestein, Pim Fortuijn, Theo van Gogh, Ayaan Hirsi Ali en –als een van de eersten- de linkse anarchist Anton Constandse), die door politiekcorrecte dwazen (aangespoord en aangevoerd door ‘weldenkende’ leden van de elite) zijn verketterd, verdreven en vermoord.

Hoe catastrofaal de consequenties van deze reeks kapitale blunders zijn, begint steeds meer tot een steeds groter deel van de autochtone bevolking door te dringen. Natuurlijk, zij hebben zitten slapen en zich daarom laten verleiden op de partijen te blijven stemmen die hen in het ongeluk hebben gestort. Maar ten langen leste zijn ze wakker geschrokken en nu beseffen ze dat degenen die dik betaald werden om vooruit te zien spectaculair gefaald hebben. Er is een gerede kans dat ze zich voor het laatst hebben laten bedonderen.

Bij de afgelopen verkiezingen zijn de goedgelovigen er nog ingestonken en stemden ze massaal op het CDA, dat hen na jaren van verzuring eindelijk met zoet zou belonen, en op de linkse partijen, die hun het bestaan eveneens aanzienlijk beloofden te verzoeten. Hoe bitter was de deceptie toen bleek dat het gros van de werkenden er, ondanks de aantrekkende economie, onder het christensocialistische kabinet Balkenende IV in het nieuwe jaar alleen maar op achteruit zal gaan, als gevolg van de sterk stijgende premies en belastingen. De morrende massa begrijpt bovendien dondersgoed dat het meeste geld dat er bij de ploeterende (meest autochtone) penningenleveranciers wordt afgeroomd rechtstreeks naar de parasiterende (meest allochtone) prachtwijkers gaat. Geen wonder dus dat het driekwart van de reageerders bij een Elsevier-poll aanzienlijk meer vreugde zou verschaffen dit jaar het kabinet te zien vallen dan Nederland Europees voetbalkampioen te zien worden.

Het besef dat de weerzin van het stemvee toeneemt sijpelt binnen in de hogere regionen van de samenleving en het establishment begint onmiskenbaar tekenen van paniek te vertonen. Men tracht weerwerk te bieden door een gecoördineerde campagne om de steeds sceptischer onderknuppels van de juistheid van het elitaire wereldbeeld te overtuigen. De ene schaamlap na de andere wordt tevoorschijn getoverd om de naakte waarheid te verhullen. Het Sociaal en Cultureel Planbureau, bij monde van directeur Paul Schnabel, de ondergekwalificeerde (want socioloog) en overbetaalde (bijna twee ton op jaarbasis) roeptoeter van de elite kapittelde in een interview het klootjesvolk dat maar niet wil beseffen hoe goed men het eigenlijk heeft (de koppen moeten dus weer diep het zand in). HM de Koningin van Medeland deed een flinke duit in het zakje met haar betweterige Kersttoespraak en een vijftigtal ‘prominenten’, onder bevel van Wilders-hater Doekle Terpstra, kwam met het Nieuwjaarspamflet Benoemen en Bouwen, waar de schijntolerantie van afdruipt. [De sentimentele toon lijkt trouwens verdacht veel op die van de beweging één land, één samenleving, waarmee de linksback van de VVD, Hans Dijkstal, vorig jaar de publiciteit zocht.]

Het verraderlijke van deze manifesten was dat er op het oog door een redelijk mens weinig tegenin valt te brengen. Wie is er nu tegen gemeenschapszin? Wie spuwt er op wellevendheid? Wie kickt er op polarisatie? Wiens levensvervulling is het zijn medemensen nodeloos te kwetsen? Ze richtten zich bovendien formeel gezien tot Gans Het Volk. Dat ze impliciet vooral Geert Wilders en zijn aanhangers op de korrel namen, werd in alle toonaarden ontkend. Men kan inderdaad stug blijven volhouden dat ook radicale islamieten werden vermaand tot meer tolerantie, maar aangezien zelfs een zwakzinnige niet echt gelooft dat die zich een lor zullen aantrekken van wat de koning en de koningin van de ongelovige onnozelaars te berde brengen, is dat zuivere retoriek. Wilders voelde zich terecht aangesproken, maar toen hij in ongezouten taal van zijn verontwaardiging daarover blijk gaf werd hem smalend voorgehouden dat de schoen die hij aantrok hem blijkbaar uitstekend past. Dat deze schoen ook talloze moslims als gegoten zit, maar dat die verdommen hem aan te trekken, daarover hoor je de politici en commentatoren niet. In beide manifesten werd schoorvoetend erkend dat er problemen zijn met de integratie van moslims en dat is een minuscuul lichtpuntje, maar met oplossingen (behalve het grijsgedraaide deuntje over verdraagzaamheid en dialoog) kwam men –uiteraard- niet.

Doekle Terpstra had (tot hilariteit van columnist Paul Lieben) bewust alleen witte ondertekenaars voor zijn hartenkreet gezocht: het was nadrukkelijk een initiatief van autochtonen (waarmee hij dus impliciet erkende dat het ook in de eerste plaats voor autochtonen bestemd was). Hij verwelkomde echter steun uit allochtone kring en werd reeds de volgende dag op zijn wenken bediend met het pamflet 2008 zonder angst voor de ander, uitgebracht door vertegenwoordigers van een aantal islamitische organisaties. Dat bleek geen onverdeelde zegen, want sommige initiatiefnemers zijn van een bedenkelijk allooi: Yahia Bouyafa geeft de opruiende geschriften uit van de Moslimbroederschap, dat streeft naar de islamitische overheersing van het Westen; Oner Hamurcu is voorman van het Turks-nationalistische genootschap Milli Görüs, bekend van de financiële manipulaties bij de bouw van de Amsterdamse Westermoskee; fatwavoorstander en homohater Mohammed Rabbae bezorgde GroenLinks de grootste verkiezingsnederlaag uit haar geschiedenis en Ayhan Tonca werd om zijn koppige ontkenning van de Armeense genocide van de CDA-verkiezingslijst geschrapt. Allemaal lieden die de tolerantie aantoonbaar niet hoog in het vaandel hebben staan. De hypocriete bijval van de radicale jongerenbeweging Hizb ut-Tahrir was zelfs de ruimhartige Doekle een doorn in het oog.

De elitaire prekerij (met NCRV-geurtje) waarvan deze teksten bol staan vielen bij een flink deel van de bevolking niet in goede aarde. Er steeg een walm van eigendunk uit de geschriften op die men zum kotzen vond. In de media overheersten dan ook de negatieve geluiden. Mark d'Aviano heeft een boeiende bloemlezing gepresenteerd uit de reacties op de toespraak van Koningin Beatrix. Bijna 2/3 van de stemmers bij Standpunt.nl vond het initiatief van Terpstra en zijn medestanders weinig zinvol. Zelfs op de websites van linkse kranten als de Volkskrant en de NRC was de steun beperkt. Alleen de aanhang van Trouw was waarlijk verscheurd. De achterban van ondertekenaar Lodewijk de Waal (Humanistische Alliantie) was verbolgen: die voelde niets voor het "vernachelen" van de vrijheid van meningsuiting.

Veel reageerders ergerden zich wezenloos aan het feit dat Paul Schnabel, Trix van Oranje en de ondertekenaars van Benoemen en Bouwen zonder uitzondering riante inkomens genieten en in allochtonenvrije wijken wonen. Zij behoren tot de geprivilegieerden wier hoogbejaarde ouders niet hun wijk uitgepest zijn, wier strengbehoede dochters nimmer voor hoer uitgemaakt worden, wier peperdure auto’s nog nooit in de fik gestoken zijn, maar zij hebben de gotspe om de reële problemen van de minderbedeelden hautain van tafel te vegen. Met name Drammende Doekle zelf kreeg er stevig van langs: een ex-vakbondsbons die altijd geageerd heeft tegen grootverdieners, maar die nu zijn kassa laat rinkelen bij Unilever en die met zijn parttime baan bij de (uit belastinggeld gefinancierde) HBO-Raad meer verdient dan de minister-president, heeft geen enkel recht zich op zijn morele superioriteit te laten voorstaan. Ook menige columnist (Liesbeth Wytzes, Afshin Ellian, Carel Brendel, Willem de Zwijger, Ariël Bruéns) was onaangenaam getroffen.

De opzienbarende actie van Doekle en consorten zou niet mogelijk zijn geweest zonder de medewerking van (de papieren versie van) Trouw, waarvan de uitgever en de hoofdredactie in een “uniek” en genereus gebaar de voorpagina tegen een zacht prijsje beschikbaar stelden, ofschoon ze weigerden de oproep ook te ondertekenen. De hoofdredacteur en voornaamste schuldige, ex-communist Willem Schoonen, moest toegeven dat deze geste ook binnen de eigen gelederen niet overal goed gevallen was. In de redactionele burelen werden stevige noten gekraakt, want menig redacteur vreesde (terecht) dat de krant hiermee haar journalistieke objectiviteit compromitteerde.

Trouws eigen columnist Sylvain Ephimenco, vond de oproep een “poging tot (zelf)censuur”. Zijn tegenpool, de “vastgeroeste ouwe knar” J.A.A. van Doorn (ook al een socioloog –ik begin me af te vragen of het bedrijven van deze schijnwetenschap soms tot hersenverweking leidt) was daarentegen lyrisch over het initiatief en vergeleek op de van hem bekende demagogische wijze de ondertekenaars (“maatschappelijke verantwoordelijkheid dragende leiders en woordvoerders”) in positieve zin met de steunverleners aan het Comité Ex-Moslims (“hele en halve intellectuelen, zichzelf [helaas ten onrechte] rekenend tot de crème de la crème van denkend Nederland”). Meestal zijn de stukken van zijn hand nogal controversieel. In dit geval echter niet: de reacties waren vrijwel unaniem afwijzend.

De conclusie is gewettigd dat de elitaire schaamlappen de blote staat van de keizer niet lang aan het oog hebben kunnen onttrekken. Integendeel: ze zijn door de critici zodanig aan flarden gescheurd dat de naakte werkelijkheid nog beter zichtbaar is geworden.

Naschrift:

Ik ben een groot voorstander van het benoemen van problemen. Anders dan de Majesteit en de Bende van Doekle weet ik echter dat je eerst het in de weg staande krot moet afbreken voor je kunt beginnen met het bouwen van een nieuw onderkomen. De moeder van alle maatschappelijke problemen waarmee Nederland momenteel worstelt is de aanwezigheid van een onverteerbare kluit nutteloze niet-westerse allochtonen. Problemen zijn alleen op te lossen door de oorzaken aan te pakken. Aan die oorzaken zijn de autochtone Nederlanders medeschuldig, dat valt niet te ontkennen. Wij hadden deze immigranten nooit toe moeten laten en we hadden ze nooit de Nederlandse nationaliteit moeten geven. Geen enkele ontwikkeling is echter onomkeerbaar. Immigranten die bewezen hebben dat ze in ons land niet thuishoren dienen van de Nederlandse nationaliteit te worden ontdaan en naar hun enige ware vaderland te worden teruggestuurd. Pas dan is er weer een fundament om op verder te bouwen.

Dit artikel is ook te vinden op de website Het Vrije Volk.