Onlangs slingerde Jos Schmitz een dringende waarschuwing de ingedommelde wereld van de politiek in: Nederland staat een ware ramp te wachten als na 2012 ook de inwoners van de nieuwste EU-leden zich vrijelijk in alle EU-landen mogen vestigen, met dezelfde rechten als de eigen onderdanen van deze landen. Ongetwijfeld zullen honderdduizenden van de meest pathetische nietsnutten uit de (zuid-)oostelijke rafelrand van Europa (de verslaafden, de arbeidsschuwen, de gehandicapten, de criminelen, de bejaarden etc.) onze grenzen plat lopen om zich aan de rijkgevulde staatstrog te goed te kunnen doen. Het behoeft geen betoog dat zijn noodkreet bij de mainstream politici op dovemansoren viel.
In wat alleen maar kan worden geïnterpreteerd als een welbewuste poging om onze samenleving nog verder te ontwrichten is momenteel een kongsi van vakbonden, ouderenbonden en migrantenorganisaties aan het lobbyen om het voor oudere gelukszoekers nog aanlokkelijker te maken naar ons belaagde land te verkassen. Zij appelleren aan de Tweede Kamer om het AOW-gat van immigranten te dichten en hun pleidooi valt bij de PvdA, die visioenen heeft van een tsunami aan dankbaar nieuw stemvee, uiteraard in vruchtbare grond. Ook het CDA is, uit misplaatste christelijke naastenliefde, niet bij voorbaat afwijzend. Onze staatkundig gespleten staatssecretaris Aboutaleb, die aanvankelijk beweerde hier niets voor te voelen, gaat de mogelijkheden voor deze innovatieve vorm van grootscheepse welvaartsoverdracht daarom nader onderzoeken.
Alle ingezetenen van Nederland verwerven voor ieder jaar dat ze tussen het 15de en 65ste levensjaar op Nederlandse bodem verblijven recht op 2% van een volledige AOW-uitkering, of men nu premie betaalt of niet (tegenwoordig kunnen we er veilig van uitgaan dat voor de meeste AOW-jaren geen premie wordt betaald). Nederlanders die tijdelijk in het buitenland verblijven (expats) bouwen gedurende deze jaren geen AOW-rechten op, tenzij ze premie bijstorten (het gaat dan niet zelden om duizenden euro's per jaar).
Immigranten die zich op latere leeftijd in Nederland hebben gevestigd maken de 50 jaar premieopbouw niet vol en krijgen geen volledige AOW. Hun inkomen na hun 65ste is daarom doorgaans lager dan het bestaansminimum, dus kunnen ze aanspraak maken op aanvullende bijstand. Aan een bijstandsuitkering zijn echter nadelen verbonden: zo mag de ontvanger jaarlijks slechts gedurende een beperkte periode in het buitenland verblijven (normaliter 4 weken, maar voor oudere bijstandstrekkers al opgerekt tot 13 weken) en moeten kandidaten die hun geld niet over de balk gegooid hebben eerst interen op hun spaarcenten en een eventueel koophuis ‘opeten’ voor ze in het genot van een uitkering kunnen komen.
Naar de mening van bovengenoemde ‘menslievende’ organisaties kan men dit de zielepieten met een AOW-gat niet aandoen. Weg met de beperkingen dus. Zo moeten AOW-ers met aanvullende bijstand jaarlijks 26 weken buiten Nederland kunnen verblijven en moet een groter deel van de bezittingen onaangetast blijven. Hieruit blijkt meteen al voor wie deze wetswijziging in eerste instantie bedoeld is: een autochtone minimumlijder kan zich een verblijf van een half jaar in het buitenland niet permitteren!
Niet alleen brengt dit voorstel een schandalige discriminatie van de expats die braaf premie hebben bijgestort met zich mee (men kan er gevoegelijk van uitgaan dat niemand van hen dat dan ooit nog zal doen), maar een dergelijke maatregel zal ook als een magneet werken op behoeftige ouderen uit de (nieuwe) EU-landen. Ze hoeven zich slechts gedurende een minimale periode met een (uitzend)baantje in ons land zien te bedruipen (en er zijn ongetwijfeld binnen de kortste keren uitzendbureaus van landgenoten die ze daarbij gaarne een handje helpen) om vervolgens met een verhoudingsgewijs riante uitkering minstens de helft van de tijd in hun teerbeminde vaderland te kunnen gaan rentenieren.
Dit is een bom onder onze verzorgingsstaat en ik kan mij daar, in tegenstelling tot Arjan Kraak, niet bepaald over verheugen –al is het alleen maar omdat ik graag nog zelf van de AOW, waarvoor ik tientallen jaren premie heb betaald, zou willen genieten. De verzorgings-staat staat ook door andere oorzaken onder zware druk:
(a) Honderdduizenden oude (niet-westerse) immigranten en hun nazaten slobberen permanent uit de staatstrog. De meerderheid profiteert van een uitkering (bijstand, WAO) waarvoor ze niet of nauwelijks premie betaald hebben.
(b) Ook het merendeel van de nieuwe ‘legale’ immigranten (het morele kompas volgend van een godsdienst die hen leert dat het verdienstelijk is de ongelovigen af te persen) schuiven rechtstreeks, of via een kleine omweg, de bijstand in. Trouwlustigen moeten voor de vorm even pretenderen dat ze werk hebben (vaak met behulp van een tijdelijk flutbaantje bij een ‘kleurrijk’ uitzendbureau, of "valse salarisspecificaties" van een "bevriend naaiatelier"), maar kunnen daarna voldaan achterover leunen. Na een stuitend korte periode hebben ook hun (ex-)partners recht op een zelfstandige verblijfsvergunning met bijbehorende uitkering. Asielzoekers is het, zolang ze in de procedure zitten, niet toegestaan in het zweet des aanschijns hun brood te verdienen en daarna zijn ze het voorzien in eigen onderhoud vaak voorgoed verleerd.
(c) Een aanzienlijk deel van de autochtone heffe des volks (honderdduizenden ‘zwakken’ en ‘kwetsbaren’) houdt het uitvreten al generaties lang koppig vol. Een toenemend aantal jongeren, gekweld door ‘psychische stoornissen’ (ADHD bijvoorbeeld), slaagt erin zich te kwalificeren voor de sinds de introductie van strengere WAO-regels enig overgebleven hoofdprijs: een Wajong-uitkering. [Persoonlijk heb ik me alle kleuren van de regenboog geërgerd bij het aanschouwen van een tv-item over Oudste Zoon Tokkie, die van z’n leven nog geen slag fatsoenlijk werk had gedaan en dat overduidelijk ook niet van plan was, maar die ondanks het feit dat hij nauwelijks droog achter de oren was de beschikking had over een fraaie flat –zeker reeds bij zijn geboorte als woningzoekende ingeschreven.]
Het hardwerkende belastingbetalende deel van de (autochtone) bevolking wordt door toedoen van dit soort parasieten reeds tot op het merg uitgezogen en dit zal alleen maar erger worden. Aan deze misstanden moet dan ook spoorslags een eind gemaakt worden. Het zou al een stuk schelen als buitenlanders gedwongen konden worden hun snuiten uit onze voorzieningenruif te halen, maar helaas verbieden zowel Artikel 1 van de Grondwet (die dringend gecorrigeerd dient te worden, maar dat is een ander chapiter) als de EU-regels deze vorm van zelfverdediging.
Het gaat gelukkig ook zonder ons tot discriminatie te ‘verlagen’. De EU-regels schrijven (nog) niet voor hoe de lidstaten hun sociale voorzieningen moeten inrichten en hoe hoog de uitkeringen moeten zijn. Mij staat daarom de volgende wijziging in de sociale wetgeving voor ogen: Nederlandse ingezetenen kunnen pas na een 25-jarig verblijf op Nederlandse bodem in aanmerking komen voor een uitkering waarvoor ze zelf geen premie betaald hebben, zoals de bijstand.
Voor de hier geborenen betekent deze wijziging dat ze bij ononderbroken verblijf pas na hun 25ste verjaardag bij de staat hun hand kunnen ophouden. Je werkt of je studeert, anders is er geen overheidsgeld en ga je maar bij je ouders bedelen. Onderzoek heeft uitgewezen dat opvallend veel bijstandsongerechtigden dan opvallend snel werk vinden. Natuurlijk is er de kans dat van vertroeteling uitgeslotenen het criminele pad op zullen gaan, maar dat zat er altijd al dik in: een bijstandsuitkering steekt so wie so nogal schriel af bij de opbrengst van een drugshandeltje of een serie overvallen. [Ons christensocialistische prachtkabinet doet momenteel inderdaad een halfslachtige poging om d.m.v. deze werkleerplicht onproductieve jongeren aan de slag te krijgen, tot grote verontwaardiging van linkse partijen en vakbonden natuurlijk.]
Voor EU-onderdanen en andere legale immigranten heeft deze maatregel tot gevolg dat ze ons land moeten verlaten als ze geen werk of een andere legale bron van inkomsten (bijvoorbeeld een WW-uitkering) hebben. Ze komen voorlopig niet in aanmerking voor bijstand en als ze minder dan 25 jaar in ons land gewoond hebben, wordt ook een eventuele AOW-uitkering niet aangevuld tot bijstandsniveau. Hun rest dan slechts de optie zich in een land te vestigen waar de kosten van levensonderhoud lager liggen, het eigen (voormalige) vaderland bijvoorbeeld.
Voor asielzoekers met een permanente verblijfsvergunning is de consequentie dat ze op basis van de bed-bad-brood-regeling in een AZC moeten blijven wonen zolang ze geen werk hebben. Daar staat tegenover dat ze zodra ze in de procedure zijn opgenomen mogen (of liever gezegd moeten) werken. Van hun verdiensten wordt een redelijk bedrag ingehouden voor kost en inwoning en van de rest wordt de helft op een spaarrekening vastgezet. Als ze niet worden geaccepteerd als asielzoeker, hebben ze een appeltje voor de dorst bij terugkeer in het land van herkomst (of geld om een advocaat voor de beroepsprocedure te betalen, want die wordt dan niet langer door de overheid vergoed) en als ze wel worden geaccepteerd, hebben ze een bedrag voor de (ook niet langer door de overheid verschafte) inrichting van een nieuw onderkomen. Asielzoekers worden in het nieuwe stelsel bij woningtoewijzing niet langer voorgetrokken, dus ze moeten zich gewoon bij een woningbouwvereniging inschrijven, net als de inheemsen. Ook dat kan al vanaf het moment dat ze in de procedure worden opgenomen, maar ze kunnen een toegewezen woning pas betrekken als ze een verblijfsvergunning en voldoende eigen inkomsten hebben. Mochten erkende asielzoekers er niet in slagen werk te vinden, dan vieren ze hun 25-jarig verblijfsjubileum dus in een AZC -wat voor hen hopelijk een aansporing zal zijn om hun geluk te beproeven in een land dat hun talenten meer waardeert.
Door het invoeren van deze voor de hand liggende, niet-discriminerende maatregel wordt een groot deel van de profiteurs de wind uit de zeilen genomen, zonder waarlijk behoeftige echte Nederlanders in hun rechten aan te tasten. Kan je hier wat mee, Geert?
Dit artikel is ook te vinden op de website Het Vrije Volk.